Een man wordt op zijn werk opgebeld door het ziekenhuis, dat zijn vrouw op het punt staat te bevallen.
Snel loopt hij naar zijn auto en rijdt naar het ziekenhuis.
Onderweg staat elk stoplicht op rood waar hij door moet, komt in de file, kortom, hij komt te laat in het ziekenhuis.
Op de gang komt hij de dokter tegen.
'U bent te laat meneer, het kind is er al.
Gefeliciteerd, U heeft een zoon.'
'Ah, wat leuk.' zegt de man.
'Er is wel iets wat ik je moet vertellen.' zegt de dokter.
'Het kind heeft geen armpjes.'
De man schrikt.
'Wat erg, maar het blijft toch je kind, he.'
Ze lopen richting de kamer waar de vrouw en het kind liggen.
'Er is nog iets wat ik u moet vertellen.' zegt de dokter.
'Het kind heeft ook geen beentjes.'
'Oh, wat erg.' zegt de man.
'Maar het moet maar, het blijft toch je zoon he'.
Ze lopen nog wat verder.
'er is nog iets.' zegt de dokter.
'Het kind heeft ook geen romp.'
'De man kijkt nu heel verschrikt.
'Maar het blijft toch je kind he, we moeten er maar mee leven.'
Dan zijn ze bijna bij de kamer en zegt de dokter: 'Het kind heeft ook geen hoofdje.'
'We moeten er maar mee leven.' zegt de man.
Hij loopt de kamer in en gaat naar het wiegje.
Hij kijkt erin en er ligt alleen een oor.
'Ha, lekkere scheet van me.' zegt de man.
Zegt de dokter: 'Je moet wel wat harder praten, want hij is nog doof ook.'
Volgende mop: Een houthakker gaat hout hakken in een bos